Namibië
Namibië, het land waar de duinen bergen zijn. Namibië ontleent haar naam aan de oudste woestijn ter wereld, de Namib. En er zijn maar weinig meer roerige woestijngebieden op deze planeet.
Nergens ter wereld wordt zo’n visuele pracht en praal geëvenaard met zo’n onbarmhartige hardheid – als er iets is om hier te overleven, dan moet het net zo buitengewoon zijn als het landschap zelf. Gelukkig heeft de natuur voor een dergelijke cast gezorgd.
Het noordelijk gelegen Etosha National Park behoort tot de elite van de wildlife-kijkbestemmingen : grote katten, olifanten, zwarte neushoorns en wild dat op de vlaktes graast in overvloed. Damaraland is een prachtige plek om woestijnaangepaste olifanten en leeuwen te zien, en toevallig is er ook de grootste populatie vrijlevende neushoorns in Afrika. Of ook de privé wildparken van Okonjima en Erindi zijn een fantastische plek om de plaatselijke fauna te ontdekken.
Het menselijk verhaal van Namibië is net zo interessant als het verhaal dat in de rotsen, de grond en het zand van het land is geschreven. Lüderitz, Swakopmund en Windhoek vertellen via hun architectuur en musea een gecompliceerd verhaal over koloniale nederzettingen. Terwijl een ontmoeting met de traditionele en bezielde Himba of San stammen ongetwijfeld een zeer bijzondere indruk nalaat.
In het binnenland, dat door het hart van het land loopt, zorgt een ruggengraat van bergen voor een glorieus panorama. Tel daarbij de rivieren en wetlands in de Caprivistrook en de eindeloze goudgrasvlaktes van de Kalahari en het is moeilijk te denken aan een iconisch Afrikaans landschap dat Namibië niet bezit.